Balk 3 Vergilius in de mand.jpg

De Raadszaal op de eerste verdieping van het stadhuis heeft een plafond met stevige, lange eiken balken. De uiteinden van vier houten overspanningen hebben elk een kleurrijk beschilderde versiering. De acht afbeeldingen horen samen. Ze stellen elk een vrouwenlist voor, en de inspiratie daarvoor komt uit de Bijbel, uit de Oudheid of uit middeleeuwse volksverhalen.
Het gaat hier om een in de middeleeuwen ontstane legende met Vergilius, de Romeinse dichter, als weinig te benijden hoofdrolspeler. Hij werd hals over kop verliefd op een mooie Romeinse keizersdochter, die in een toren woonde. Toen zij ’s nachts vanuit de toren een mand liet zakken, stapte hij daar argeloos in. Hij hoopte zich weldra bij zijn aanbedene te kunnen voegen. Zij liet de mand tot halverwege de toren optillen en daar stilhouden. De volgende morgen kreeg Vergilius de spot van alle voorbijgangers te verduren.
We zien in het midden van het balkhoofd een vertwijfelde Vergilius in zijn mand. Het hoofd van de prinses verschijnt in een torenvenster. Vijf voorbijgangers vermaken zich om het lot van de dichter. Eén vrouw heeft er zelfs een stoel bij gehaald om rustig te blijven zitten kijken.